McKenzie MDT

McKenzie therapie

In de jaren 50 heeft Robin Anthony McKenzie (20 april 1931-13 mei 2013) als fysiotherapeut in Nieuw Zeeland een eenvoudig, maar praktisch model ontwikkeld voor rug-en nekklachten.

Het is een actieve benadering voor klachten van de nek en rug met of zonder uitstraling in de armen of benen. Het blijkt dat 80% van de a-specifieke rug-en nekklachten geen duidelijke oorzaak hebben. Het McKenzie Concept is met name geïnteresseerd in het klachtenbeeld van de patiënt en minder in de oorzaak. Er wordt daarom met name gekeken naar houdingen en bewegingen die de klachten beïnvloeden. Aan de hand hiervan wordt een behandelplan opgesteld.

Patroon herkenning

Robin McKenzie ontdekte dat veel rug/nekklachten volgens een soort vast patroon voorkomen. Hij deelde de patronen in drie verschillende syndromen in waarvan de kenmerken goed omschreven zijn. Een syndroom is een geheel van klachten en verschijnselen.

De drie syndromen:

1. Posturaal (houdings) syndroom
2. Derangement syndroom
3. Dysfunctie syndroom

1. Posturaal (houdings) syndroom

Profiel:         - De patiënt is jonger dan 30 jaar en

                      leidt een zittend leven, is niet

                      erg sportief.

Kenmerken:  - Geen bewegingsbeperkingen.

                    - Pijn bij lang aanhoudende houdingen.

                    - Geen provocatie van pijn door herhaalde bewegingen in alle

                      richtingen.

Therapie:      - Vermijden van langdurige belasting in dezelfde houding.

                    - Houdingsadvies.

                    - Ergonomisch advies van de werkplek.

2. Derangement syndroom

Profiel:          - De patiënt is tussen 20 en 55 jaar (rugklachten) of tussen 12 en

                       55 jaar (nekklachten).

Kenmerken:   - Bij herhaalde bewegingen snel verschil van pijnklachten zowel de

                       lokalisatie van de pijn en bewegingsuitslag.

                     - Pijn zowel gedurende de beweging als aan het einde van de

                       beweging.

                     - De beweging is beperkt in de richting waar de uitstulping van de

                        tussenwervelschijf zich bevindt.

                     - De bewegingsbeperking neemt snel af bij herhaalt bewegen.

                     - Dwangstanden zoals scheefstand van de rug is mogelijk.

Therapie:       - Oefeningen c.q. houdingen die de pijn centraliseren (de pijn

                       moet uit het been verdwijnen en zich richting de rug

                       verplaatsen) en dan verminderen.

                     - Vermijden van die houdingen die tot pijntoename of

                       verergering van de uitstraling in het been leiden.

3. Dysfunktie syndroom

Profiel:             - De patiënt is ouder dan 30 jaar (behalve wanneer er sprake is

                          van een trauma of een derangement). Hij leidt vaak een

                          zittend leven met weinig lichaamsbeweging.

Kenmerken:      - Bewegingsbeperking

                        - Pijn in de eindgrens van de beweging.

                        - Geen pijn tijdens de beweging.

                        - Herhaalde bewegingen provoceren de pijn waarbij de

                          intensiteit van de pijn en de lokalisatie van de pijn niet

                          veranderd.

                        - Na herhaalde bewegingen verdwijnt de pijn weer.

Therapie:          - Intensieve rekoefeningen voor de verkorte en pijnlijke

                          structuren gedurende 6-8 weken.

McKenzie oefeningen

Het aanleren van een correcte houding voor de rug- en nekwervels terwijl de patiënt zit of staat is van groot belang. Daarnaast zijn het met name de bewegingen die de centralisatie en vermindering van de klachten geven, die de voorkeursbewegingsrichting bepalen. Houdingen met een bolle rug met name zitten, moeten zoveel mogelijk vermeden worden.

Voor meer informatie klik hier! www.Mckenzie.nl

Voor meer informatie kunt u altijd contact met ons opnemen